Jdi na obsah Jdi na menu
 


Pagina 16 - Chodesh - Maand

 

Chodesh - Maand
 
Volgens de karaïten-leer is het begin van de maand - Rosh Chodesh beslist op basis van de zichtbaarheid van de maan aan de horizon, dat wil zeggen, als de nieuwe maan voor ons zichtbaar is met het blote oog.
 
In de tijd van het bestaan van de Tempel, bracht het Volk Israël gedurende deze dag offers aan God en beschouwden deze dag als een feest. Daarom hebben we speciale gebeden toegevoegd tijdens de aanbidding op de nieuwe maan-dag.
 
We hebben 12 maanden in een jaar; met de toevoeging van de 13e maand gedurende het spring-jaar; we hebben namelijk de 1e maand - tishri, de 2e maand - cheshwan, de 3e maand - kislew, de 4e maand - tewet, de 5e maand - shewat, de 6e maand - adar, de 7e maand - nisan, de 8e maand - ijar, de 9e maand - siwan, de 10e maand - tammuz, de 11e maand - aw, de 12e maand - elul en de 13e maand - wa-Adar. Volgens de traditie komen deze namen van de maanden uit de tijd van de Ezra en deze namen zijn Aramees.
 
In de Torah vinden we deze namen van de maanden niet, we vinden de maanden genoemd op basis van hun volgorde, dat betekent de 1e maand, 2e maand, etc.
Als het begin van het jaar identificeren we de maand gedurende welke onze voorouders Egypte verlieten, deze maand was genoemd awiw, nu bekend als nisan; in de TaNaCh (in het boek Koningen) vinden we 3 andere namen van maanden: de 2e maand ziw, die nu bekend is als ijar, de 7e maand etanim, welke nu bekend is als tishri en de 8e maand bul, nu bekend als cheshwan.
 
De maanden die 30 dagen hebben worden compleet genoemd en de maanden met 29 dagen worden incompleet genoemd.